
Dag 1: Cuzco
Cuzco is het toeristisch mekka van Peru. Dat merk je dadelijk als het het vliegtuig uitstapt.
In de aankomsthal van de luchthaven word je begroet door een muziekbandje (uiteraard panfluitmuziek) en enkele mannen en vrouwen in tradionele klederdracht. Voor een paar sollekes – de Peruviaanse centjes – mag je een foto trekken van hen.
Mijn interesse ging meer uit naar de chauffeur die me naar mijn hotel ging brengen. Het uurverschil, de hoogte (3500 m) en de lange reis eisten zijn tol. Mijn hotel bevond zich in de San Blas wijk. Een oud deel van Cuzco, gebouwd op een heuvel, met hele smalle straatjes geplaveid met kasseien. In de witte huisjes, met dikwijls blauw geverfde deuren en luiken, zijn veel toeristische winkels gevestigd die allemaal hetzelfde lijken te verkopen.
Na enkele uurtjes rust bezocht ik de beroemde 'Plaza de Armas'. Dat plein is zo mooi! Met aan een zijde een kathedraal, aan een tweede zijde een indrukwekkende kerk en voor de rest allemaal huisjes met houten balkonnen. Bovendien is de plaza zeer ruim en genieten zowel toeristen als lokale mensen er van de zon. Ik ben er toch een paar uur blijven zitten, eerst op een bank, nadien met een pintje vanaf een balkon neerkijkend op alle activiteit.
















