
Dag 2: Negombo
Kees had een tuktuk (de allereerste ooit voor Amber) geregeld voor een bezoek aan de vismarkt van Negombo. Die rook je al van ver! Een deel van de vis wordt er op het strand gedroogd en nadien getransporteerd naar Colombo. De vis moest elke vier uur omgedraaid worden, een hels karwei met grote vissen, maar bijna ondoenbaar met de kleine visjes. Wat een werk! En in die hitte. Op de versmarkt zagen we verschillende soorten vis zoals roggen en zwaardvis. Amber dronk er haar allereerste King coconut ooit. Zo noemen ze hier vers kokosmelk, rechtstreeks uit de noot.
De tuktuk chauffeur maakte er een toeristische rondrit door Negombo van. We stopten aan de kanalen die ooit door de Nederlanders werden gebouwd om kruiden te vervoeren van het binnenland naar Negombo, aan de lagune en enkele mooie kerken.
Tegen half tien namen we de trein naar Puttalam. Het treinstation was heel klein en pittoresk. We hadden zitplaatsen aan het raam in derde klasse. Na een drietal uur kwamen we aan in Puttalam waar we onze reis naar Anuradhapura verder zetten per bus. Waren we blij dat we daar aankwamen! De buschauffeur reed heel snel en roekeloos en we voelden ons twee uur lang niet op ons gemak.
We kwamen tot rust op het balkon van ons hotel met een pintje. 's avonds aten we een hele lekkere Sri Lankaanse curry in het hotel en gingen we opnieuw op tijd naar bed.




















